Bijbeltekst
God zei: "Er moet in het midden van het water een koepel komen om het water te verdelen." En zo gebeurde het. God maakte de koepel. Zo verdeelde hij het water in tweeën: water boven de koepel en water onder de koepel. Die koepel noemde God ‘hemel’. Toen werd het avond en het werd ochtend. Dat was de tweede dag.
Genesis 1:6-8
Nodig
- Glazen potjes met deksel
- Heet water
- Thermoskan om water heet te houden
- IJsklontjes
- Spuitbus haarlak
Toelichting
Op de tweede scheppingsdag scheidde God de aarde en de hemel. Met ‘hemel’ wordt hier de letterlijke ‘lucht’ bedoelt. En in die lucht… werden wolken gevormd!
Uitleg activiteit
Doe in een potje een laagje heet water (ongeveer 2 cm) en draai het potje rond, zodat de zijkanten warm worden. Leg het deksel van het potje op z’n kop en leg daar ijsklontjes in. Leg het dekseltje op het potje en laat het een paar seconden liggen. Til het deksel op en spuit snel wat haarlak in het potje. Leg het deksel terug en kijk hoe er een wolk ontstaat.
Laat de wolk ontsnappen als deze helemaal is gevormd.
Let op: Kinderen kunnen dit proefje niet alleen doen.
Hier vind je een introductiefilmpje >
Voorbeeld gespreksvragen:
- Heb je wel eens storm of onweersbui meegemaakt? Hoe was dat?
- Heb je wel eens gevlogen? Wat zag je toen je vanuit de lucht naar de aarde keek?
